Maastricht

maandag, 19 augustus 2019

Geplaatst door Joyce van der Lee op 20 augustus, 2019

Maastricht. “Stad aan de kolkende Maas, weinig bezongen helaas.” Dat zong Benny Neyman ooit in een ode over Maastricht en mocht ik jaren lang horen tijdens het wekelijkse potje kaarten toen mijn schoonmoeder nog leefde. Zij was zeer gecharmeerd van de mooie teksten van deze andere Benny en als je er goed naar luistert klopt dat ook wel. Deze volgens Benny “Stad met een eigen gezicht, door de Romeinen gesticht” is een mooie stad om te bezoeken en dat gaan we dat ook als afsluiter van onze vakantie doen.
We hebben een fantastische camperplaats gevonden op “Maastricht Marina”, gelegen bij de Jachthaven. Toen we gisteren aankwamen rijden stond het bordje “vol” nadrukkelijk op het imposante, afgesloten, ijzeren hekwerk afgebeeld, maar dat was gelukkig niet voor ons bestemd. Wij hadden gereserveerd.
Alle 24 plaatsen zijn bezet en we hebben een prachtig uitzicht over de vele boten in de haven. Achter ons doemt de Sint Pietersberg op met daarop de strategisch gelegen ruïne van het voormalige kasteel Lichtenberg.
Nadat we ons weer hebben geïnstalleerd, worden we geïnformeerd door de havenmeester over de gang van zaken en mogen we afrekenen. Dat laatste is iets wat wel helaas steeds als een rode draad terug komt in ons vakantie, maar het lukt ons maar niet om daar een oplossing voor te vinden.
Het sanitair is super, de wifi ook en de afstand naar het centrum nog beter. Maar een paar kilometer fietsen…… Helaas gooit Ben – of beter gezegd zijn fiets - voor de 2e maal deze vakantie roet in het eten. Eerst was het zijn achterband, maar nu staat zijn voorband leeg. Oppompen lijkt een tijdelijke oplossing, maar zodra hij er weer met z’n (twee linkse) handen aan zit…… ja hoor.... plat. Google doet weer z’n werk. Er wordt een fietsenmaker gevonden. Een STUDENTENfietsenmaker gevonden. Hoe kan het ook anders in een studentenstad als Maastricht. Echter op een afstand van 3 kwartier lopen. Pffff. Het is niet anders. Totdat de buurman “Sjef” met dé oplossing komt: voorwiel eruit halen en met fiets nr. 2 naar de fietsendokter rijden. Geweldige oplossing! In nog geen uur is Ben op en neer gefietst, inclusief reparatie.
De “student” kan beter fietsen repareren dan studeren, want hij weet z’n prijsjes wel. Waar we in Spanje voor een nieuwe binnenband 8 euro betaalden, mogen we hier 15 euro afrekenen. Dan maar een terrasje minder, straks in het centrum van stad aan de Maas.
Iets later dan de bedoeling was, fietsen we dan uiteindelijk die kant op. De camperplaats blijkt perfect gelegen te liggen ten opzichte van het centrum. Via de bekende Sint Servaasbrug rijden we zo het hart binnen. Dit keer geen valpartijen, gillende “Annie’s” of behulpzame makelaars. Nee, dit keer hou ik m’n stuur recht en kom ik met beide benen op de grond. Het allereerste terras wat in ons zicht komt en waar het zonnetje op schijnt confisqueren we. Met een drankje en een stuk vlaai starten we deze Limburgse dag. We lopen verder. Straatje in, straatje uit. De kleinste, onbekende zijn het leukst. Ook de bijbehorende naambordjes. Die zijn soms vertaald in het Limburgs en voor ons niet uit te spreken, zoals bv. Jäöstraot (Jodenstraat). Kleine terrasje en eettentjes. Iedere centimeter is benut. Het weer is geweldig en we lopen er alsof we weer in Spanje of Frankrijk zijn. Dat kan ook, want we bevinden ons tussen allerlei nationaliteiten en er wordt van alles om ons heen gesproken. Ondanks de zeer veel aanwezige studenten aangezien vandaag het onderwijs in het zuiden van ons land weer van start is gegaan. De ene na de andere groep met gelijksoortige t-shirts, hemdjes of linnen tasje passeren ons. Dan weer met bezweten gezichten en dan weer met plastic bekers meer dood dan halfschuimend bier, niet wetende wat hun nog te wachten staat. 
Blij dat ik niet in hun schoenen sta, maar ik mijn Birckenstock-slippers en aan een tafeltje nog gezellig aan een portje met Ben, overdenk ik nog even de afgelopen weken. Het zit er bijna op. Nog één nachtje en dan rijden we de laatste kilometers van deze vakantie richting huis.
Na nog een appje van de jongens met : “Waar ligt dat spul voor de teakhouten tafel voor een vlek” en “De vaatwasser maakt niet meer goed schoon”,  denk ik, “zolang het huis nog niet is afgefikt, kan het alleen maar meevallen. We komen naar huis, ontspannen en zitten vol met verhalen. De kids hebben nog één dag om de boel te resetten. Ik kan er alleen maar om lachen.
We pakken de fiets en rijden terug naar de camper. Onverwachts hebben we nog een gezellige borrel met onze naaste buren Sjef en Mariette uit Nijmegen. Maar één drankje zeggen we. Maar ja, het worden er meer. Het is gezellig en de verhalen vliegen over tafel. Aan het eind nemen we afscheid. Fijne reis nog en wie weet tot ziens, want dát, dat weet je nooit bij het camperen.


Joyce van der Lee

Delen