Conditie

zondag, 5 juli 2020

Geplaatst door Joyce van der Lee op 22 juli, 2020

Conditie. Daar is nog wel wat mee te winnen bij mij. Dat had ik natuurlijk wel al kunnen weten, maar ik stop eigenlijk al een tijdje m’n kop in het zand en wat ik niet zie, dat is er niet. Toch?  En nu heb ik het punt bereikt dat ik mezelf eventjes goed ben tegengekomen. Nou, eigenlijk ben ik niet mezelf tegengekomen. Nee, eigenlijk heb ik het punt bereikt dat mijn lijf toch iets ouder lijkt te zijn dan wat ik altijd hoopte te zijn, te willen, te lijken, te kennen te worden of nou ja zoiets dan……
Afgelopen vrijdag op 3 juli ben ik 52 jaar jong geworden, maar 3 dagen later voelt het toch écht even anders aan, namelijk meer in de richting van laten we zeggen… “ouder” geworden…. Ja, het hoge woord is eruit.

Zoals ik in mijn laatste blog schreef, was het tijdstip weer aangebroken dat we weer eens een weekend Pieterpad hadden gepland. Vriendin Marjo en ik. Altijd weer een leuk vooruitzicht. Welke route gaan we ongeveer iedere dag lopen en waar overnachten we met “Ons Motje”? Dat laatste is wel zo’n beetje aan onze vakantieman Ben als taak toebedeeld. Hij bouwt op en breekt ook weer het kampement af. En het liefst zo dicht mogelijk langs Piet z’n pad natuurlijk, want kilometers die niet tot de route horen zijn voor ons eigenlijk “verloren kilometers”. Hij zorgt voor ons natje en ons droogje. En zorgt dat onze eigen Gall & Gall goed bevoorraad blijft, zodra we weer met onze eigen tong naast die van onze schoenen huiswaarts keren en zeker zijn van een koel drankje.

Dag 1 verliep prima, geen spoortje ouderdom, ondanks het feit dat ik m’n verjaardag vierde en er ineens weer een héél jaar bij kwam. Best prima zo. Geen boodschappen. Geen huis schoon te maken. En na afloop van deze dag ook geen reden om iets op te hoeven ruimen. Ik hoefde mij vandaag alleen maar druk te maken over het feit dat ik mijn ene been voor het andere moest zetten en samen met Marjo de geplande kilometers te maken. Het weer was mooier dan de weergeleerden hadden voorspeld. Ben had de tweelingbroer van Nathan Rutjes – als twee druppels water – ingehuurd om ons aan het einde van onze route  in Coevorden een lift te geven in z’n ouwe blauwe bus op een stukje “verloren kilometers”. En zo bracht hij ons naar “Ons Motje” op minicamping “De Stieltjeshoeve”, waardoor onze dag niet meer kapot kon.
Het eten werd door het feestelijke karakter vandaag in het naastgelegen restaurant gebruikt – altijd lekker – en het dessertwijntje en likeurtje én nog één van de zaak daardoor ook maar, waardoor we meteen rollend ons bed in konden.

Op naar dag 2… Die uiteindelijk een stuk minder mooi verliep met miezer, regen, wind en poncho’s. En niet alleen van boven kwam de ellende, ook van beneden. De normaal al kaal gelopen landerijen waren kennelijk door de Corona de afgelopen maanden minder goed bezocht, waardoor het gras en andere groensoorten hoger stonden dan hoog. Als volleerde scouts kapten, nou eerder trápten we het onkruid weg. De ondergrond waar we op liepen was slecht te zien en één groot knollenveld waar ik al meteen m’n enkel op kapot liep. Dat dát al niet goed zou gaan die dag was een feit. De miezer kwam, dus de poncho’s ook. Wat een geklungel met die dingen. Het plakte aan alle kanten en de gaten waar we met ons hoofd doorheen gingen, bleken achteraf de gaten voor onze armen te zijn, waardoor binnen enkele seconden de poncho’s niet meer zo werkten als waar die voor bedoeld waren. Terwijl ik dacht te helpen, scheurde ik Marjo’s mooie blauwe poncho van wel 1 euro kapot, waarna ik vervolgens weer hem met een mooie knoop in model probeerde te krijgen. 
In de tussentijd was de miezer overgegaan in regendruppels en kwamen wij er allebei achter, dat het toch wel handig was geweest om wat vaker onze wandelschoenen in te spuiten en te impregneren. Maar ja, daar denk je altijd aan als het te laat is. Nu dus….te laat dus, want ik voelde het water al gezellig tussen m’n tenen klotsen….
We trotseren de regen en de hobbelige route om uiteindelijk in de middag op ons geplande eindpunt voor die dag aan te komen: Gramsbergen, alwaar Ben ons al op zit te wachten bij de plaatselijke bierbrouwerij “Mommeriete”. Tuurlijk, waar anders?

Zondags, breekt alweer de derde en laatste dag van onze wandeltocht van dit weekend aan. Vanaf onze laatste overnachtingsplek “Jachthaven “ ’t Hooge Holt” die ook niet verkeerd bleek te zijn, maken we onze laatste kilometers. Ons einddoel: Hardenberg. Gelukkig onze laatste kilometers voorlopig, want jawel, ik heb er weer één gekregen. Een blaar! Wat een bofkont. Hoe is het mogelijk. Geplakt en gepoederd en nog is er eentje doorheen gepiept. Ik loop als een manke eend op eieren - klopt dat ziet er ook niet uit – en vriendin Marjo huppelt bijna alsof ze de staatsloterij heeft gewonnen. Hoe is het toch mogelijk. Ik weer wel en zij heeft nergens last van. Wat doe ik verkeerd?
Als ik na enige tijd het bord Hardenberg zie verschijnen en het neusje van "Ons Motje", weet ik niet hoe snel ik mijn schoenen moet verwisselen voor badslippers. Oh, wat heerlijk luchtig en wat lopen ze lekker.
Het weekend zit erop. Het was dit keer taai. De afgelegde route was niet zo mooi en afwisselend als de vorige routes. En daarbij zat het weer ons ook niet mee. Maar we hebben het gered en er weer een stuk opzitten en ondanks alles was het toch ook weer een paar mooie dagen. Drenthe heeft plaats gemaakt voor Overijssel. Een nieuwe provincie, een nieuwe uitdaging, maar nu nog even niet. Maar de volgende staat alweer gepland: vrijdag 28 augustus 2020.
Nu naar huis, m’n oorlogswonden rust geven, dat hebben ze wel verdiend dacht ik zo!


Joyce van der Lee

Delen