De laatste plaats. We hadden gisteren de allerlaatste plaats. Camperplaats “De Bosweide” in Haarle is een toppertje volgens vele camperaars dus voor de komende dagen is dit onze bestemming. En geloof me of niet het is hier een komen en gaan. De een heeft nog niet z’n kontje van de camper gelicht of de volgende motorkap is weer in aantocht.
Vanmorgen zijn er weer campers ingepakt en vertrokken. Een “nieuwe” stond alweer klaar.
Camperplaats “De Bosweide” is dan ook een mooie plek. Met in totaal 25 plaatsen staan wij in een ovaal geparkeerd. Ruime plaatsen met als achtertuin het Nationaal Park de Sallandse Heuvelrug.
Ben is helemaal in zijn nopjes bij het zien van het sanitair. Deze zijn namelijk zo ingericht dat je niet pal naast je buurman/-vrouw zit, zodat hij bij de grote boodschap zich niet hoeft te generen bij het maken van bijbehorend geluid. Heerlijk die privacy, vindt hij. Dat hetzelfde sanitair ook nog eens superschoon is en twee keer per dag wordt schoongemaakt, is een bijkomstige “dikke duim”.
Onze gastheer heeft tevens een infohok met o.a. voorgekauwde fiets- en wandelroutes waar wij al meteen dankbaar gebruik van maken. We vissen er maar meteen de langste eruit. De route van het Reggedal en de Sallandse Heuvelrug met een afstand van 45 km. Plus 5 km extra omdat dat de afstand is vanaf de camperplaats.
Tsss, pfff, tsjj, met 2 vingers. Appeltje-eitje 50 km ……
Oké, oké, oké, we hebben E-bikes. Ja, een beetje opscheppen mag toch wel. Maar die fiets is zóóó heerlijk. En nu zijn wij het, die elke ander fietser inhalen. Lekker joh. Hoppetee. Even gas geven en … weer één voorbij. Ja, ja, oké oké scholieren dan en niet van de grijze medefietsers. Nee, die gaan net zo hard, da’s wel jammer, ja……
Maar een geweldig gebied hier. Mooie bossen, velden en heide. En zo groot en afwisselend. De vogels hoor je zingen en de specht klinkt tikkend – die ik maar nooit op de foto kan krijgen - door het bos. En dan is het weer ons ook nog eens goedgezind.
We rijden over een mooi pad dat afbuigt. En dan ineens zien we hoog op een paal in een groot nest een mooie witte ooievaar staan, Zo rustig en bedeesd. Niets aantrekkend van ons en gaat rustig verder met waarmee ze bezig was. En dan ineens zien we nog een kop van ooievaar nummer 2 tevoorschijn komen, die verscholen zat tussen de takken. Het blijkt een echtpaar. Een echtpaar druk met het nest. En kennelijk zich klaar aan het maken. Klaar aan het maken voor de komst van hun kroost. Tja, eigenlijk in afwachting van de ooievaar. Hoe mooi kan de natuur zijn.
We passeren nog een schuilhut uit de tweede wereldoorlog, die men goed bewaard heeft. Het is een stille getuige van het menselijke leed dat de oorlog heeft veroorzaakt. Dat hier mensen zijn geweest die op die wijze heel lang hebben moeten schuilen. Niet wetende hoelang dat nog zou gaan duren. Niet wetende of ze eten en drinken zouden krijgen. Niet wetende of ze ontdekt zouden worden……
Wat hebben wij het goed hé?
De schuilhut is goed verscholen in het bos. Het is stil. De zon schijnt fel door de bomen. De vogels zingen. En ik hoor die verrekte specht weer tikken. Ook verscholen in het bos.
We draaien onze laatste meters en zijn weer terug bij de camperplaats.
Ja hoor, alle plaatsen zijn weer bezet.