Even draaien

zaterdag, 2 november 2024

Geplaatst door Joyce van der Lee op 5 november, 2024

“Joyce, kan je niet even 20 meter verderop gaan liggen?” hoor ik Ben tegen me zeggen.
In de tussentijd lig ik te vergaan van de pijn. Hij maakt zich niet druk over mij, maar alleen over het feit of hij nou de Duitse of Nederlandse 112-lijn moet hebben.

We zijn net met onze fietsen het verkeerde pad ingeslagen en hebben besloten om te draaien. Het besluit is me wel goed gelukt, maar het draaien iets minder.
Ik rem een beetje af, draai naar links, kan m’n fiets niet meer houden en m’n voet niet meer zo snel op de grond zetten en dan ….. ooohhhwww ….. ik val met m’n borst en buik bovenop m’n stuur.
Er schiet een pijnscheut van m’n middel naar m’n schouder, tussen m’n ribben door. Man! Wat doet dat zeer! En ik weet meteen dat het foute boel is.

Ik lig op de grond en elke kleine beweging die ik maak doet zeer.
Verder gaan liggen?
Máár 20 meter?
Hij kan m’n rug op!
Ik heb onwijs veel pijn en niet zo’n klein beetje ook!
Het zweet trekt meteen van m’n nekharen tussen m’n bilnaad en borsten naar m’n kleine teen!!!

Ik durf me niet meer te bewegen en uit mijn mond komen alleen nog maar alle lelijke woorden die ik in 56 jaar heb opgebouwd.
Ik lig op de koude, vieze kleigrond en voel alleen maar pijn. Pijn in m’n borstkas en pijn in m’n zij.
Bij iedere teug lucht lijkt de pijn alleen maar erger te worden. En ik krijg een soort van déjà vu van een boswandeling in Kaatsheuvel jaren geleden. Ik zie me nog vallen over een boomwortel, wat mij heel veel weken bedrust opleverde met toen ook een stel gekneusde ribben.
Néé, néé, néé, niet nog eens.
En néé, néé, ik wil niet naar een Duits ziekenhuis!

“Joyce, probeer eens….”hoor ik Ben bijna smekend zeggen.
Maar wat ik ook doe, ik verrek van de pijn en m’n tranen voel ik zelfs m’n oorschelp inrollen.
“Tja, dan maar 112 bellen. Waar zitten we eigenlijk?” hoor ik hem vragen aan de
eigenaar van ons “foute pad”.
“Dit is geen Nederland, meneer. Dit is Gronau, Duitsland. Die straat daar is de grens.” En hij wijst naar een paaltje een klein stukje verderop in de straat.

Niet te geloven, we zijn 20 meter van Nederlands grondgebied verwijderd.
En inderdaad even later komt de Duitse ambulance MÉT toeters en bellen en even later een TRAUMA-arts, eveneens MÉT toeters en bellen.
Boven mijn hoofd wordt druk overlegd door het team wat er met mij gaat gebeuren. En het enige wat ik alleen kan denken is, had ik nu maar beter opgelet tijdens mijn lessen Duits.
En tussen alle duitse woorden hoor ik ineens “Enschede”. Ik krijg een goede pijnstiller en ineens ziet alles er een beetje beter uit. We gaan naar Nederland.

We komen aan in het Medisch Spectrum Twente. Eén van de beste traumaziekenhuizen van ons land.
En met de klank alsof Herman Finkers aan mijn bed staat, klinkt het “slechtnieuws-gesprek” van de Eerste Hulp-arts ineens minder erg.
Ik heb inderdaad gekneusde ribben en moet een nachtje blijven.

De combinatie astma en gekneusde ribben blijkt ook de dag erop nog steeds een reden om langer te moeten blijven.
Niet alleen voor mij, maar ook voor Ben.
Ik in Enschede.
Ben in Overdinkel.
De geplande campertrip in “Ons Motje” doen we nog een keer over, naar nu eerst zorgen dat we snel samen thuis komen.



Joyce van der Lee

Delen